Bezig met laden...
Het maken van de Zingende Toren
Filmmaker Hansje Bunschoten volgde Bernard Heesen bij het maken van de Zingende Toren en registreerde de gebeurtenissen op het openingsconcert ( 15'20" - montage: Jaap Verdenius)
Bezig met laden...
Interview met Bernard Heesen
podcast van NCRV radioprogramma Casa Luna, vrijdag 5 september 2008
Bert Augustus van Koninklijke Eijsbouts test het geluid van de klokken (beeld: Hansje Bunschoten)
Bernard Heesen bewerkt een van de glazen klokken (beeld: Hansje Bunschoten)
De gekleurde glazen bollen worden met een hoogwerker aan de toren bevestigd (beeld: Hansje Bunschoten)
|
|
Ontwerpen
Bernard Heesen was gevraagd om in de toren die hij voor de Cultuurcampus zou ontwerpen een carillon op te nemen. In eerste instantie was het zijn gedachte dat de toren, dat wil zeggen de kristallen voorwerpen die in de toren opgehangen zouden worden, zelf zachtjes geluid zou geven door de aanraking van regendruppels. Vervolgens ontstond het idee om de glazen voorwerpen aan te slaan, waarbij ze vanwege hun bijzondere vormen merkwaardige geluiden zouden geven. Tenslotte kwam hij uit bij de mogelijkheid van een gestemd carillon van kristal. Hij maakte enkele proefklokken, die op hun klank en duurzaamheid werden getest. Uit deze proeven en uit eerste gesprekken met experts bleek dat het kon: een volledig gestemd kristallen carillon van vier octaven met alles erop en eraan. Het eerdere idee van de vrij gevormde ‘klankschalen’ bleef daarnaast gehandhaafd en werd meegenomen in de verdere ontwikkeling.
Ontwikkelen
Om de muzikale, ambachtelijke en technische aspecten van de Zingende Toren goed en in samenhang te kunnen ontwikkelen werd een ‘artistiek team’ samengesteld. Dit team bestond naast Bernard Heesen uit Joep van Brussel en Bert Augustus (adjunct-directeur en campanoloog van Koninklijke Eijsbouts Klokkengieterij), beiaardier Boudewijn Zwart, klavierbouwer Reinold van Zijl en componist Roderik de Man. Brigitte van der Sande (adviseur 1,5%-regeling Leidsche Rijn) coördineerde de bijeenkomsten en de werkzaamheden. Het artistiek team heeft nagedacht en besloten over onder meer de vorm van de klokken, het materiaal van de klepels, de aansluiting van klavier en keyboard, het aansturingsysteem, de notatie voor de ‘klankschalen’ en de plaatsing van de klokken.
Glasblazen
Het blazen van de klokken luisterde nauw, er werd gebruik gemaakt van houten mallen. Voor elke toon moest een aantal klokken worden gemaakt en daaruit werd de klank gekozen die het meest in de buurt kwam. Daarna werd de klok bijgeslepen tot de precieze toonhoogte. Voor dit bijslijpen werd een extra dikke rand in de klok meegeblazen. De grote klokken zijn geblazen in het glasvormcentrum van Royal Leerdam, met medewerking van extra mankracht en onder grote publieke belangstelling. De ‘blauwe bollen’ zijn in Tsjechië gemaakt, in AJETO, de glaswerkplaats van Petr Novotny. Al het glas in de Zingende Toren is eigenlijk kristal, nog net op de valreep want 2009 is het laatste jaar waarin er in Nederland met loodkristal mag worden gewerkt.
Bouwen
De toren is ter plekke opgebouwd uit een aantal voorgefabriceerde onderdelen. Steeds werd begonnen met drie staanders waarop een rond tussenstuk werd gemonteerd. Toen de toren op hoogte was werd de bekleding er in segmenten op bevestigd. Met een hoogwerker werden vervolgens de blauwe bollen aan de bekleding gemonteerd. Ondertussen werd het klavier gebouwd en zijn bij Koninklijke Eijsbouts de klokken opgesteld en aangesloten op de elektronische aansturing. Tenslotte zijn het hele carillon en de bedrading in de toren opgehangen.
Finetunen
Tot dat moment wist nog niemand hoe de Zingende Toren precies zou gaan klinken. Hoe de sterkte van het geluid buiten zou zijn bijvoorbeeld, hoe de klank zich zou gedragen en daarmee hoe de aanslag precies moest worden afgesteld, maar ach, wat klonk het bij het eerste proefspelen mooi! |